U kent waarschijnlijk wel het spreekwoord “ieder huisje heeft zijn kruisje” of “elke gek zijn gebrek”. Op de tatami komt dit telkens tot uiting. Een oefening is met iedere partner anders. Je stemt je af op elkaars capaciteiten, beperkingen, eigenheden, eigenaardigheden. Net zoals u moet ik bekennen dat mijn natuur soms uit balans is (zie tekst ‘op natuurlijke wijze’). Dat komt o.a. doordat mijn ene voet en been langer zijn dan de andere. Enzoverder enzovoort. Evenwicht verstoord. Leonard Cohen verwoordt het zo mooi “There’s a crack in everything, that’s how the light gets in.” Nu ja, je zult het maar tegenkomen!
Om beter het geven en ontvangen van energie aan te voelen, doen we een oefening waarbij de achterste persoon het stappen van de voorste persoon volgt enkel door hem zacht bij de schouders aan te raken. De leraar toont de oefening voor. Mijn partner staat vooraan, ik achteraan. Ik leg mijn handen op zijn schouders en sluit mijn ogen. Traag stappen we vooruit. De leraar zegt “maak ook eens een bocht naar rechts, bocht naar links”. Wij stappen traag vooruit. Ach ja, ieder doet de oefening op zijn manier denk ik. De leraar herhaalt nog een paar keer dat de voorste persoon zijn ogen open houdt. Wij stappen traag op een lijn vooruit. De leraar zegt “varieer ook eens in ritme, stop even of ga achteruit”. Wij stappen traag in onze cadans vooruit. Dan staan we stil. Hij draait zich naar mij, ik doe mijn ogen open. Zijn voet staat nog maar half op de tatami. Vraagt hij verbaasd “Jij hebt toch je ogen open eh?!”.
Slechts een detail werd over het hoofd gezien… dat misschien niet iedereen de Nederlandse taal geheel machtig is?!
Tata!
Mie x