Tijdens de Aikido training wordt er gewoonlijk als kledij een wit pak (keiko-gi) gedragen, dat bestaat uit een broek en een vest. De vest wordt door een witte of zwarte gordel (obi) samengehouden. Daarboven wordt ook een soort zwarte of blauwe rok (hakama) gedragen. Kom je eens een aantal proeflessen meevolgen dan is het meer dan voldoende dat je je comfortabel kleedt (bijv. een trainingspak als kledij is wel gemakkelijk).
Keiko-Gi
De vest wordt boven de broek gedragen waarbij de linker kant van de vest boven de rechter zijde gelegd wordt bij mannen, bij vrouwen is het net omgekeerd. Een Aikido pak is iets korter aan de mouwen dan een Judo pak omdat daardoor de polsen wat beter toegankelijk zijn. Als je een pak koopt, koop dan best een maatje groter omdat dit tijdens de wasbeurten zeker nog krimpt.
Obi
De Obi is een gordel van 5 cm breed en meestal langer dan 2 m. In onze club wordt er enkel een witte of zwarte gordel gedragen. Veelal wordt een obi niet gewassen, als zinnebeeld van de verzamelde ervaring. Op die manier blijft de obi soepel en gemakkelijk te knopen.
Het correct knopen van een gordel kan vooral bij beginners wel eens mislukken; hieronder vind je wat links die je verder helpen (er bestaan echter vele variaties)
Hieronder vind je stap per stap nog een manier :
Hakama
De hakama onstond als een ceremonieel kledingsstuk rond de 14de eeuw in Japan. Tegenwoordig wordt de hakama in een aantal krijgskunsten, waaronder Aikido, gedragen. Alhoewel de huidige hakama dus duidelijk een ‘gebruiks’-kledingstuk is, vertegenwoordigt het ook een zekere formaliteit en respectabiliteit. Getuige daarvan is een anekdote waarbij O-Sensei verontwaardigd was toen hij zijn leerlingen enkel in keiko-gi zag trainen en hen opdroeg om zich onmiddelijk ‘aan te kleden’. Het aanleren van een budo is namelijk niet alleen het verwerven van een aantal martiale technieken. Lichaamshouding en geestesgesteldheid zijn net zo belamgrijk in dit proces. Sinds die dag droegen al zijn leerlingen een hakama, wat een kleurrijk schouwspel was omdat in die nadagen van WO II er een groot armoede was en de leerlingen hun hakama’s maakten uit alle stoffen die ze maar te pakken konden krijgen.
Volgens Morihei Ueshiba : “De zeven plooien in de hakama vertegenwoordigen de 7 deugden van de krijgskunst. Deze zijn : jin (genegenheid), gi (rechtvaardigheid), rei (hoffelijkheid), chi (wijsheid), shin (eerlijkheid), chu (loyaliteit), koh (vroomheid). De hakama spoort ons aan om na te denken over de aard van de ware bushido (‘erecode van de krijger’). Het dragen ervan symboliseert tradities die van generatie op generatie zijn doorgegeven. Tijdens het dragen van de hakama streven we ernaar om deze 7 deugden te polijsten.”
De hakama mag dus zeker niet als een status-symbool beschouwd worden, dragers ervan moeten erop letten om niet hun bescheidenheid te verliezen.
Voor ons westerlingen is de hakama minder vertrouwd, vandaar enkele practische tips :